Oh oh oh, wat heb ik het niet goed bijgehouden, die blogs. Ik dacht, elke week schrijf ik er wel eentje. Maar dat liep toch even anders. Ik denk dat ik teveel in het leven hier zat, teveel om er afstand van te nemen en het in een blogje op te schrijven. Maar nu kreeg ik ineens weer een golf van wil om te schrijven. Al dekt het niet precies de lading van wat ik de afgelopen weken allemaal heb meegemaakt, het hoeft ook niet perfect te zijn.
Sinds de vorige blog ben ik op vier plekken geweest: Uluwatu, Canggu, Singapore en (surprise surprise) weer Ubud. Uluwatu was prachtig, zulke mooie kliffen en stranden. En ik heb er een bijzondere dans gezien: de Kecak fire dance. Dit doen ze overal op Bali, maar in Uluwatu is de meest bijzondere, in een tempel aan zee met zonsondergang. Het is moeilijk in woorden te omschrijven dus eigenlijk moet je het een keer met je eigen ogen zien. Na deze dans heb ik één van de leukste uitgaansavonden tot nu toe gehad. Ik was met een meisje dat ik kende uit Ubud en een aantal andere mensen die zij onderweg had ontmoet. Hele leuke mensen, waar ik nu nog steeds contact mee heb. We waren op een plek genaamd Ulu Cliffhouse, en het was volle maan. Dat was dus een prachtig uitzicht, vanaf een klif met het licht van de volle maan boven de zee. En dan ben je ook nog eens in een openlucht club met leuke muziek en gezellige mensen. Beter kon het dus echt niet. De volgende dag was helaas iets minder leuk, met de kater. Maar soms is het het helemaal waard. In Uluwatu ben ik verder eigenlijk niet zo lang geweest, omdat ik op tijd terug moest zijn voor mijn visa run naar Singapore. Dat was ook een heel avontuur: Singapore is een totaal andere wereld dan Bali. Echt 360 graden anders haha. Ik had het gevoel dat ik op een soort grote Zuidas was beland. Heel veel grote gebouwen en mensen in pak. En ineens ook langere mensen, viel me op haha. Eerlijk gezegd vond ik Singapore niet zo boeiend. Overal waar ik kwam voor iets te drinken of eten, werd je heel gehaast geholpen en kon er geen lachje vanaf. En er hing gewoon geen gezellige sfeer, vond ik. Wat wel leuk was, was Chinatown. Daar heb ik eigenlijk het grootste deel van de tijd rondgelopen. Er was ook een mooie Boeddhistische tempel waar op dat moment mensen aan het chanten waren. Een hele bijzondere sfeer hangt er altijd op dat soort plekken vind ik, net als in kerken. Ik heb één nacht overnacht in Singapore en ben toen weer teruggegaan naar Canggu. Daar had ik in het begin eigenlijk helemaal geen zin om met andere mensen te socializen, dus de eerste paar dagen heb ik vooral gewerkt, gegeten, yoga gedaan en geslapen. Maar op een ochtend besloot ik toch eens in de keuken van het hostel te gaan zitten naast het zwembad. Na een paar minuten kreeg ik eigenlijk al een praatje met iemand, een Nederlands meisje. Later die dag in het zwembad sprak ik nog meer Nederlandse en Duitse mensen, en voor ik het wist ging ik met een groepje op pad om de zonsondergang op het strand te bekijken. Het was prachtig, surfers kijken met een biertje in de hand en een prachtige zonsondergang. Die avond was er gratis ‘family dinner’ in het hostel, dus die hebben we natuurlijk ook meegepakt. En daarna was het party time, we gingen met een groepje van 4 naar Old Man’s, een bar waar ik volgens vele mensen al lang geweest had moeten zijn. Maar ik was blij dat dit mijn eerste ervaring met Old Man’s was, een hele gezellige avond met leuke muziek en niet al te veel drukte. Dat is ook wel eens anders, heb ik gehoord. Na Old Man’s waren we nog niet klaar met de avond, dus liepen we naar Sand Bar, tien meter verderop. Dit was misschien nog wel leuker: een bar en dj op het strand, waar je dus gewoon met je voeten in het zand onder de sterren staat te dansen. Dat klinkt heel romantisch haha, wat het beeld misschien ietsje realistischer maakt is dat je wel op foute hitjes staat te dansen. Maar of het ook romantisch was, dat laat ik even in het midden ;) Mijn tweede deel in Canggu bracht ik door in een ander hostel. Een beetje een ongelukkige timing, net nadat ik leuke mensen in het eerste hostel had ontmoet. Maar toch was ik ook wel excited om naar een andere omgeving te gaan. Daar had ik al een tijdje behoefte aan, even een ander deel van de stad zien. Eerlijk gezegd was mijn échte behoefte een huisje aan het strand, maar dat was helaas niet te betalen. Dus dan maar een hostel vlakbij het strand. In het hostel ontmoette ik in mijn kamer een meisje met wie het wel goed klikte. Toen ze de volgende dag ging ontbijten, werd ik uitgenodigd om mee te gaan, dus dat liet ik niet schieten. We gingen ontbijten bij een plek waar ik de volgende dagen nog vele uren zou zitten: Manggis. Een vegetarisch restaurant op een hoek van de straat, waar het ondanks het drukke verkeer een oase van rust was. Er waren verschillende hoekjes gemaakt, waardoor je op de ene plek gezellig kon eten met vrienden, en op de andere plek kon werken in iets meer stilte. Lilly, het meisje met wie ik was, liet op een gegeven moment vallen dat ze yogalessen gaf, en zo kwam mijn wens om een yoga teacher training te doen ter sprake. Het was fijn om hier met iemand anders over te praten die er al ervaring mee had. En ook op andere vlakken hadden we leuke gesprekken. Helaas moest ik op een gegeven moment ook aan het werk, dus verplaatste ik naar het andere hoekje en ging zij op pad voor souvenirs. De volgende dag heb ik ook bij Manggis gezeten om te eten, drinken en werken. Die dag heb ik ook definitief besloten dat ik de yoga teacher training ga doen, en vrij gekregen van mijn werk gelukkig. Dat was nog even spannend, want met mijn last minute beslissing (de training is al over twee weken) is het natuurlijk niet vanzelfsprekend dat je zomaar drie weken vrij kunt krijgen. Maar gelukkig was dit geen probleem. Het probleem kwam daarna pas haha, toen bleek dat de training die ik wilde doen was volgeboekt. Dagenlang heb ik met ze gechat via Instagram, waar ze wel heel begripvol waren. Uiteindelijk hebben ze me aangeboden om de training te doen zonder accommodatie in het resort. Voor de accommodatie ben ik wel op de wachtlijst gezet, dus het is hopen dat daar een plekje vrijkomt. Die accommodatie is vrij belangrijk, omdat je dagelijkse planning al begint om 6:30 ‘s ochtends en pas eindigt in de avond. En ook voor de groepsfeeling is het natuurlijk het fijnste om die 20 dagen met elkaar door te brengen. Maar ook als ik geen plekje in het resort krijg, komt het hopelijk goed met een hotel in de buurt. Inmiddels zit ik in Ubud, waar ik de afgelopen dagen kerst heb gevierd en wat praktische dingen heb geregeld. Kerst was heel gezellig, want ik vierde het met twee Nederlandse meiden. Eentje was Alicia, de fotograaf van onze bestuursfoto’s van Sweelinck. We hadden eerder in Canggu al een avond samen gegeten en drankjes gedaan, en toen afgesproken dat het wel gezellig was om met kerst een kerstdiner te doen. Haar zusje was ook mee, wat ons een leuk groepje van drie maakte. Er waren twee andere mensen met wie ik het eerder ook over kerst had gehad, maar zij hadden inmiddels al andere plannen. Het kerstdiner was een waar viergangendiner met prosecco en wijn, en het was heerlijk. Daarna was er boven nog een feest met een dj, wat ook leuk was maar waar we het niet zo lang hebben uitgehouden. After-dinner dip misschien. Tweede kerstdag hebben we overdag ons eigen plan getrokken, maar zijn we ‘s avonds samen naar de film gegaan: Love Actually. In de bioscoop hing een leuke sfeer, en de film maakte die natuurlijk nog beter. Het was een goede afsluiter van mijn eerste kerst in het buitenland. Nu is het 28 december, de dagen tussen kerst en oud en nieuw. Ik heb wat praktische dingen gedaan, zoals een bezoekje aan de Visa Agent om, nog een keer, mijn visum te verlengen. En een bezoekje aan het kantoor van de Yoga Teacher Training om de training te betalen (tevergeefs, want het pinapparaat accepteerde mijn kaart niet, best frustrerend nadat de eerdere pogingen online met creditcard ook al niet gelukt waren). En nog een hoogtepunt van gisteren: een tibetan bowl sound meditation in de Yoga Barn. Wat daar gebeurde, was echt magisch. In de eerste 10 minuten dacht ik, ik weet niet of dit mij echt iets gaat brengen behalve prima ontspanning. Maar op een gegeven moment besloot ik het universum een vraag te stellen en het antwoord tot me te laten komen (als je dit leest en niet spiritueel bent: dat is wat je doet als je spiritueel bent en het antwoord op iets gewoon even niet meer zelf kunt bedenken). Daarna gebeurde er iets in mijn lichaam wat ik nog nooit eerder had ervaren, het was alsof mijn lichaam wilde bewegen op een manier die ik niet zelf aanstuurde. Ik had er nog wel controle over, en ik kon het stoppen als ik wilde, maar ik besloot het maar even te laten gebeuren. Het waren maar kleine bewegingen, en vooral in mijn ademhaling, maar het was zo’n bijzondere ervaring. Het voelde eigenlijk alsof er een deel van mij eruit wilde, een soort energie die naar buiten wilde. Het deel van mij dat ik niet meer nodig heb, het onzekere deel. Na deze meditatie voelde ik me dan ook lichter en helderder. En veel tevredener. Ik weet niet hoe, maar elke les bij de Yoga Barn is toch weer een hele transformatie. Nu is het woensdag, nog een paar dagen werken en dan is het alweer bijna oud en nieuw. Oud en nieuw ga ik in Canggu vieren met Alicia en haar zusje. Als het lukt met de tickets, gaan we naar een feest waar Sam Feldt, een Nederlandse dj, draait. Na oud en nieuw komt er vast weer een nieuwe blog. Voor nu: happy new year en tot in 2023!
5 Comments
Tijd voor een nieuwe blog! Want ik heb van alles meegemaakt in Nusa Lembongan en Nusa Penida. En ik ben inmiddels alweer terug in Ubud. Dat blijkt wel echt mijn uitvalsbasis te zijn, waar ik steeds langer blijf dan gedacht en ook steeds terugkom na tripjes. Maar nu dus een verhaal over Nusa Lembongan en Nusa Penida.
Op 15 november vertrok ik met de boot naar Nusa Lembongan. Een eiland dat best rustig is, maar wel heel mooi, was me verteld door Charlotte, het Nederlandse meisje dat ik eerder ontmoet had. En zij had er ook leuke mensen ontmoet, dus dat schepte ook hoop. In de haven, waar we op de boot aan het wachten waren, ontmoette ik eigenlijk al de mensen met wie ik de verdere dagen zou optrekken. Het waren drie Deense jongens. Toen we 2 uur (!) moesten wachten op de boot, raakten we aan de praat en hebben we een paar potjes Yhatzee gespeeld. We spraken af dat we samen de snorkeltrip wilden gaan doen de volgende dag. Een leuk vooruitzicht dus! De eerste avond die ik op het eiland had, besloot ik de zonsondergang te gaan bekijken vanaf een uitzichtpunt dat heel mooi bleek te zijn: Devil’s Tear. Dat was inderdaad oogverblindend mooi. Het was ook een punt op het eiland waar het water heel hoog tegen de rotsen omhoog komt, wat er natuurlijk ook spectaculair uit ziet. Die avond heb ik ook heerlijk geslapen, want ik had een hutje geboekt waar een prachtig bed in stond met een grote klamboe er omheen. Wel wat duurder, €20 per nacht, maar dat gunde ik mezelf wel. Het was ook een tip van een ander Nederlands meisje dat ik in Ubud had leren kennen, Lotte. Dus dan weet je tenminste ook zeker dat het een fijne accommodatie is. Dat probeer ik sowieso veel hier te doen: tips van mensen opslaan in mijn telefoon en daar gebruik van maken. Dat geldt voor accommodaties, maar ook voor spa’s, restaurants, workshops, noem het maar op. Ik heb een hele bucket list in mijn telefoon staan! Anyway, de volgende dag was dus de snorkeldag. De avond van tevoren hadden de Deense jongens een goeie prijs weten te regelen bij hun hotel (goedkoper dan mijn hotel, hoewel ik wel trots was dat ik als eerste iets had geregeld). En ze hadden zelfs weten te regelen dat ik van mijn hotel werd opgehaald en naar hun hotel werd gebracht, gratis. Dus die ochtend stond er een scooter op me te wachten en ging ik op weg naar Nusa Ceningan, het kleinere eilandje aan de andere kant van de brug, waar het hotel van de jongens was. Vanaf daar stapten we op de boot samen met nog wat andere mensen. We voeren naar Nusa Penida, want daar waren blijkbaar de beste spots om mantaroggen te zien, mogelijk. Uiteindelijk hebben we twee mantaroggen gezien, althans de groep. Ik heb er zelf eentje gezien, want bij de tweede bleef ik liever aan boord zitten aangezien ik me niet lekker voelde. Bij de eerste van de drie snorkelplekken had ik namelijk iets gedaan waarvan ik dacht dat het heel leuk zou zijn: onder water duiken met de snorkel. De Deense jongens deden dit constant en het zag er zo cool uit dat ik het ook wilde proberen. Maar mijn intuïtie bleek toch wel waardevol te zijn achteraf, want die zei dat ik het beter niet kon doen. En toen ik onder water dook, werd ik dus duizelig en misselijk. En eenmaal boven water bleef dat gevoel en bleef er water in mijn oor zitten wat er maar niet uit ging. Op dat moment wilde ik zo graag genieten van de trip, dat ik het probeerde te negeren en op de andere twee snorkelplekken ook nog gesnorkeld heb. En vooral de laatste plek was echt prachtig, het koraal was zo gekleurd. En één keer kreeg ik vissenvoer van de instructor waardoor er allemaal vissen om me heen kwamen zwemmen. Het was een prachtige snorkeltrip dus, maar helaas was mijn fysieke gesteldheid niet op zijn best. Het was gelukkig ook erg gezellig met de Denen, dus dat hielp ook. Het was zo gezellig dat we de rest van die dag ook nog met elkaar hebben doorgebracht. Na het snorkelen waren we hongerig, dus gingen we lunchen aan het strand. Ik mocht achterop bij één van de jongens, wat een hele eer was. Na de lunch sprongen we de zee nog even in, en toen was het tijd om te chillen. Althans, ik heb toen nog even gewerkt in het café tegenover mijn hotel. Maar daarna vond ik het mooi geweest en heb ik mezelf getrakteerd op een massage. Helaas leek het me ook een goed idee om daar scrub bij te doen. Maar tijdens de scrub bleek dat ik nogal verbrand was. Dat kan ik je niet aanraden: scrubben op een verbrande huid. Die avond hebben we ook gezellig samen gegeten, ik en de Denen, bij hetzelfde restaurantje als waar we geluncht hadden. We hebben ook cocktails gedronken, met het leuke concept dat we later die week nog ergens anders zouden toepassen: iemand bestelt vier cocktails van de kaart zonder aan de rest te laten weten welke. En dat omstebeurt. Daarmee hebben we leuke surprise cocktails mogen proeven. De avond eindigde in het zwembad van mijn hotel om ongeveer 1:00 ‘s nachts, omdat alles toen gesloten was maar wij nog zin hadden om iets te doen. Een nachtelijke zwem leek ons wel een goed idee. Het was heel veel fun voor ons, maar de mensen in het hotel dachten daar anders over. Eerst kwam er één vrouw naar buiten uit haar hutje, die boos zei ‘you are not the only ones here!’. We boden natuurlijk onze excuses aan en probeerden wat stiller te doen. Toen, vijf minuten later, kwam een andere vrouw naar buiten, die iets aardiger zei: ‘can you please be more quiet because we have an exam tomorrow morning, I understand that it’s very fun to swim at night, but please be more quiet’. Wij nog stiller proberen te doen. Maar toen na vijf minuten weer de eerste vrouw nog bozer naar buiten kwam (‘are you done???’), toen besloten we dat het mooi was geweest. Het was bedtijd. De volgende dag was het voor mij een werkdag, en hebben we ‘s avonds ons eigen ding gedaan. Ik zat in een leuk cafeetje met live muziek. De volgende dag was ook een werkdag, én de eerste dag dat ik zelf scooter gereden heb! Wat was dat een avontuur. Ik koos per ongeluk ook meteen een werkplek uit waar een hele heuvelige weg naartoe ging, heel typisch. Op één bergweggetje die voor mijn gevoel steil naar beneden ging, heb ik zelfs stilgestaan omdat ik niet verder durfde haha. Dat was echt het uitstellen van het probleem, want uiteindelijk moet je toch óf naar beneden óf een hele onhandige draai naar boven maken. Uiteindelijk heb ik de moed gevonden om toch naar beneden te gaan. En wat voelde dat goed daarna. Sindsdien had ik het scooterrijden helemaal onder de knie. Vergeleken bij hoe het eerst was, tenminste. Waarschijnlijk vinden de Balinezen daar wat anders van, maar dat maakt even niet uit. Die avond heb ik met de Denen gegeten in een chique restaurant met dure cocktails (waar we natuurlijk opnieuw het cocktail spel gedaan hebben). Daarna zijn we, op de terugweg naar huis, nog langs een ander café gegaan wat we er wel gezellig uit vonden zien. Het was een café waar een bandje live muziek zat te spelen. Toen wij er aankwamen, zat er net een Engels meisje in plaats van de leadsinger Valerie van Amy Winehouse te zingen. Of nou ja, zingen, het was meer blèren. Maar wel gezellig. Toen zij klaar was, was het natuurlijk tijd voor één van de Deense vrienden. Anton en Carsten gingen voor Wonderwall van Oasis. Het was hilarisch en heel gezellig. Helaas wel hun laatste avond op het eiland, dus ook afscheid genomen. De volgende dag was géén werkdag, hoera, dus vond ik dat het tijd was voor een echte stranddag. ‘s Ochtends sprong ik op de scooter en reed ik eerst naar ‘hidden beach’ vlakbij mijn hotel. Daar lag ik heerlijk op het strand, tot ik opeens naast me hoorde ‘would you like a mango?’. Het was een jongen, ik schat hem in op ongeveer mijn leeftijd, die er westers uit zag, met in zijn hand een kleine schattige mango. Die had hij zelf geplukt op de weg naar het strand toe, zei hij. Ik was verrast door dit aardige aanbod, dus zei dat ik dat wel wilde. We raakten aan de praat, hij was Russisch (de eerste aardige Rus die ik heb ontmoet so far, sorry Russen…) en leefde al een tijdje op Bali. Hij kwam me bekend voor, en ik bedacht me dat ik heb de eerste avond ook had zien zitten mediteren op een rots bij Devil’s Tear. Hij zei dat hij daar inderdaad kriya yoga oefeningen had zitten doen, en zo kwamen we op het onderwerp spiritualiteit. Het bleek dat hij ook de yogadocent kende bij wie ik het volle maan event had gedaan in Ubud. We hadden een leuk gesprek over spiritualiteit. Na een tijdje besloten we te gaan zwemmen, en we zwommen naar een rots toe waar hij vanaf wilde springen. Onderweg bekeken we de vissen en het koraal onder water, met een klein zwembrilletje dat hij had meegenomen. Op de rots zaten we vervolgens nog meer te praten over het leven op Bali en de lokale bevolking. Het was een heel bijzondere ontmoeting en setting. Eenmaal terug op het strand gingen we weer even zonnen, en na een tijdje kreeg ik trek dus besloot ik te vertrekken naar een plek waar ik kon lunchen. Hij bleef nog even op het strand, maar we wisselden wel Instagram uit (dat is wat je hier doet). Ik scooterde naar een leuke strandtent, met een prach-ti-ge infinity pool met uitzicht op de zee. Het was geen goedkope plek, maar ik heb wel enorm genoten van mijn smoothie en frietjes en paksoi in sojasaus. De jongen, Alex, heb ik niet meer gezien of gesproken, dus het bleef bij één bijzondere ontmoeting. Maar dat was ook helemaal oké. De volgende avonturen hebben plaatsgevonden op Nusa Penida, het eiland naast Nusa Lembongan, maar daar schrijf ik wel over in een volgende blog. Want deze is alweer lang genoeg geworden. Tot snel! Oh wat is het weer lang geleden, de laatste blog. 12 dagen maarliefst. Ik had beloofd dat ik nog een blog zou schrijven over de plekken die ik gezien heb in Ubud en de mensen die ik er ontmoet heb. Want daar was ik, door alle spirituele verhalen, nog niet aan toegekomen. Here we go.
Om te beginnen was ik dus van het hostel in Ubud verplaatst naar een guest house: een verzameling kamers die wordt gerund door een lokale familie. Juliana en ik waren daar tegelijkertijd heen verplaatst en hadden twee kamers naast elkaar. Zij die met een balkon, ik die met airconditioning. De kamers waren top (tot het moment dat ik er een kakkerlak had gespot haha, maar daar valt helaas niet veel aan te doen hier op Bali). En iedere ochtend kreeg je een ontbijtje voorgeschoteld door Ratna, de moeder van het gezin. Echt een schat van een vrouw, zo lief. En het was ook niet ongebruikelijk dat haar zoontje van 7 jaar, Ketut, rondhuppelde tijdens het ontbijt. Één keer was hij zo enthousiast dat hij bij ons kwam zitten en kwam knuffelen, en met mijn iPhone en eReader kwam spelen natuurlijk. Dat was een ochtend om niet snel te vergeten. Nog zo’n ochtend was toen ik vroeg wakker werd, mijn gordijn open deed, en een stuk of drie, vier apen over het dak naar mijn raam toe zag lopen. Ik schrok eerst een beetje omdat Ratna de dag ervoor nog had gezegd dat we de gordijnen dicht moesten houden tegen de apen. Dus ik deed meteen de gordijnen weer dicht, maar daarna toch een stukje open om een leuk filmpje te maken natuurlijk. Toen ik beneden kwam voor het ontbijt, waarschuwde Ratna me al dat ik mijn tas even goed bij me moest houden. Na vijf minuten was het al raak: chaos want de apen kwamen langs. Het was een heel grappig tafereel, want alle familieleden schreeuwden ‘monkey monkey’ en vooral de opa van het gezin was grappig: hij liep rond met een katapult om de apen eens een lesje te leren. Uiteindelijk heb ik mijn ontbijt in mijn kamer op moeten eten, te veel brutale apen in de buurt. Wat ik verder in Ubud heb meegemaakt: op 1 november heb ik samen met Juliana, Charlotte en nog een Belgisch meisje dat we hadden ontmoet, Mount Batur beklommen. Een vulkaan van 1717 meter hoog. Om 2 uur ‘s nachts werden we opgehaald bij ons guest house, om vervolgens 2 uur lang te rijden naar de onderkant van de vulkaan. Halverwege de rit kregen we ook nog ontbijt: pisang goreng (gebakken banaan) en een bakkie koffie of thee. Om 4 uur begonnen we de hike naar de top van de berg, in het pikkedonker natuurlijk, met zaklampen. Het was een hike zoals ik er nog nooit eentje had meegemaakt: steil, met loszittende stenen, en in een tempo wat maar met moeite door iedereen werd bijgehouden. Maar dat laatste was wel heel belangrijk, want het doel was de zonsopkomst te kunnen zien op de top van de berg. En ik kan je vertellen: dat is gelukt! Om 6 uur stonden wij met onze uitgeputte lijven bovenop de vulkaan, en zagen we de zon boven het wolkendek opkomen. Het was prachtig en vooral zo belonend als je er al dat werk voor hebt gedaan. Op de terugweg van deze bizarre klim terug naar huis, maakten we nog één stop bij een bijzondere plek. Een koffieplantage waar onder andere de beroemde Luwak-koffie werd gemaakt. Hier kregen we een rondleiding van een aardige Balinees die ‘cat poo chino’ op de achterkant van zijn shirt had staan. Na de uitleg over de Luwak-koffie snap je die woordgrap wel. De Balinees liet ons de Luwak zien: een katachtig dier dat koffiebonen rauw eet, in zijn maag fermenteert, en vervolgens weer uitpoept. In de koffieplantage wordt de buitenste schil van deze uitgepoepte koffiebonen verwijderd (gelukkig maar) en wordt er superdeluxe koffie van de bonen gemaakt. Aan het eind van de rondleiding kregen we een tasting van allerlei verschillende koffies, waaronder de Luwak-koffie. En ik moet zeggen, het smaakte bijzonder goed. Een ander leuk feitje dat ik heb geleerd uit de rondleiding, is dat kaneel uit een boom komt. Er stond namelijk een boom naast de tafel waar we onze koffie tasting hadden, en opeens ging het gesprek over de schors van die boom. De rondleider sneed een stukje schors af, en voilà: je kon de kaneel er zo vanaf eten. Weer een mooi lesje natuur. Wat ik verder in Ubud heb gedaan, was een bezoekje aan de Tegalalang rijstvelden en de Pura Tirta Empul tempel. De rijstvelden waren mega indrukwekkend: zo groot en weids en groen. Na er eerst stukje bij beetje doorheen te hebben gelopen, heb ik bovenaan bij het uitzichtpunt besloten om iets toeristisch maar leuks te doen: schommelen boven de velden. Niet zomaar een schommel maar eentje die wel heel hoog boven de velden hangt en waarin je goed wordt vastgemaakt. Een leuke ervaring. Na dit tripje bracht mijn scooter driver me naar de tempel die hier niet ver vandaan was. Dit was toevallig op een zaterdag, de dag dat veel Balinezen naar de tempel gaan om offers te brengen. Offers in de vorm van bakjes met bloemen en wierook, even voor de duidelijkheid haha. De tempel is vooral bekend van de vele fonteinen op een rij waar heilig water uit komt en waar je onder kunt staan. Toen ik hier aankwam en zag hoe druk het was, had ik niet echt de behoefte om dit te doen. Maar desondanks was het prachtig om door de tempel heen te lopen en alle Balinese gezinnen de ceremonies te zien doen. Tot slot heb ik in Ubud natuurlijk vooral yoga en andere spirituele dingen gedaan. Zoals een full moon sacred temple event, een sound healing bij de Pyramids of Chi, en een women’s circle. Het full moon event heb ik samen met Juliana gedaan, en ik heb er ook een ander Nederlands meisje ontmoet, Lotte. We hebben de dag erna samen pizza gegeten en hebben de women’s circle gedaan op mijn laatste avond in Ubud. Heel gezellig en extra mooi om andere mensen te ontmoeten die ook een spirituele interesse hebben. Elk van de lessen of evenementen waar ik ben geweest was heel speciaal en over allemaal zou ik een hele blog kunnen schrijven. Maar voor nu laat ik het hierbij. Tot in de volgende blog! Hallo na al meer dan een week zonder blog! Ik moet eerlijk zeggen, ik heb deze blog al drie keer geprobeerd te schrijven, maar het kwam er gewoon niet uit op de één of andere manier. Op een gegeven moment dacht ik zelfs dat schrijven niet meer mijn ding was, dat ik maar iets anders moest proberen. Maar ik voel toch dat ik blogs wil blijven schrijven, ook als het niet zo soepel gaat. Want het is gewoon te leuk om op te schrijven wat ik allemaal heb meegemaakt. Ook als dat af en toe gepaard gaat met writer’s blocks.
Nog heel even over die writer’s block dan, want ik vind het wel een interessant onderwerp, en deze blog gaat ten slotte over mijn perspectief op dingen en niet alleen over Bali. Steeds als ik merkte dat ik vastliep met schrijven, keek ik waar dat aan lag. Ik kwam tot de conclusie dat ik te perfectionistisch was: als een woord niet perfect omschrijft wat ik voel of denk, dan vind ik het meteen tien keer niks. En vervolgens ga ik me dan schamen omdat ik niet kan schrijven wat ik voel of denk. En vervolgens veroordeel ik mezelf daar weer om. Het kan dus best een lastig proces zijn, maar ik ben ervan overtuigd dat de oplossing is om niet zo veeleisend te zijn. Een woord of zin hoeft niet perfect mijn gedachte of gevoel te omschrijven, want soms kan dat gewoon niet. Ik las een grappig stukje hierover in het boek Wonderen Manifesteren van Willemijn Welten, over dat alle woorden een connotatie of associatie hebben voor jou. In haar boek gaat het specifiek over spirituele termen zoals God en het Universum, maar ik denk dat het voor alle woorden geldt. Bijvoorbeeld namen: als je vroeger een heel vervelende leraar had die Pietje heette, dan wekt de naam Pietje bij jou een vervelend gevoel op. Maar het kan ook bij normale woorden, het woord ‘ontzettend’ wekt bij mij bijvoorbeeld een vervelend gevoel op omdat ik het associeer met met een soort nepheid. Ik hoor het een tv-presentatrice zo zeggen, zonder dat ze zelf ook maar enige feeling heeft met het onderwerp waar ze over praat. Anyway, dit soort weerstand die je kan voelen bij bepaalde woorden, die maken dat je soms wordt geblokkeerd in het schrijven. Maar ik denk dat, zodra je snapt hoe dit proces werkt, je al makkelijk kan accepteren dat een tekst niet perfect kan zijn. En dan kom je over je writer’s block heen. Hoera! Waar moet ik beginnen over mijn avonturen in Ubud? Er is voor mijn gevoel zoveel gebeurd hier, maar vooral een innerlijke reis. En ja, dat klinkt spiritueel en dat is het ook. Ik wist van te voren dat Ubud een spirituele plek zou zijn, en dat is waarom ik erheen wilde. Maar toen ik er eenmaal was, bleek het toch wat zwaarder te vallen dan ik had verwacht. Zoals ik in de vorige blog al omschreef, was ik hier niet zo happy in het begin. En ik kon er geen vinger op leggen waar dat precies aan lag. Behalve dat hier geen zee is en iets meer bomen. Maar toen ergens in een café zat te werken en om me heen zat te kijken, snapte ik het opeens. De mensen hier zijn nog mindfuller dan ik, waardoor ik me ineens niet goed genoeg voelde. Alsof ik door de mand viel: ha, je dacht dat je goed bezig was maar je hebt gewoon je onzekerheden verdrongen door afleiding te zoeken. In Canggu, en thuis in Amsterdam, dacht ik dat ik mindful was, gelukkig was met mezelf, en mijn beste leven aan het leven was. Maar hier in Ubud was ik ineens wel heel erg aangewezen op mezelf. Dat had ook wel erg te maken met het hostel waar ik in verbleef, dat was ver weg van het centrum en super rustig. Dat wil zeggen: geen gratis ontbijt waar je mensen spreekt en überhaupt weinig andere mensen in het hostel te bekennen. Achteraf gezien was dat wel een mooie eerste challenge die me uiteindelijk veel geleerd heeft. Als ik meteen in een sociaal hostel had gezeten, had ik denk ik niet alle lessen geleerd die ik nu heb geleerd. Die lessen ben ik de afgelopen tijd heel helder gaan zien. Vooral in de verschillende yogalessen die ik tot nu toe heb gedaan, en dat zijn nogal wat uiteenlopende yoga soorten. Ik wist eerlijk gezegd niet eens dat dit allemaal bestond. Misschien is het leuk om deze blog dan toch even te gebruiken voor die lessen. Dan gaat de volgende blog over de plekken die ik gezien heb en de (hele leuke!) mensen die ik heb ontmoet, beloofd. Er is toch gewoon een hele blog voor nodig blijkbaar, de innerlijke reis die ik heb gemaakt. Of nog steeds aan het maken ben, beter gezegd. Die stopt nooit denk ik. Maar hier in Ubud kun je wel een uitzonderlijke reis maken. En mijn tip voor als je dat ook wilt ervaren is: ga naar de Yoga Barn. Hier word je, in mijn geval, eerst heel nerveus van de kalmte die er hangt, maar als je er eenmaal drie keer geweest bent, wil je nergens anders meer heen. Mijn eerste les was een morning flow les om 7:15, die ik deed na een nacht niet zo goed geslapen te hebben. Het was een vinyasa les (‘normale’ yogaposes die elkaar in een snel tempo opvolgen). Die les ging echt niet goed, kan ik wel zeggen. Maar in die les leerde ik wel een les over mezelf: ik ben echt toegewijd aan een gebalanceerd leven. Zelfs als ik een nacht slecht geslapen heb en me niet zo goed voel, ga ik om 6 uur mijn bed uit om naar de yogastudio te gaan. Om het ochtendlicht mee te pakken en te bewegen, want dat leek me wel een goede oplossing voor een nacht slecht slapen. Helaas kreeg ik van deze les alleen maar uitputting terug. De echte les hier was dus dat je ook wel eens naar je lichaam mag luisteren wat het nodig heeft. Ook als dat een powernap is, of languit op de bank een film kijken. Mijn tweede les was ook een morning vinyasa les bij een andere yogastudio dan de Yoga Barn: Intuitive Flow. Het was grappig want ik had eerder op hun website gekeken en toen was de oprichtster mij opgevallen. Haar achternaam was hetzelfde als die van mijn familie uit Israël, en die hoor je niet zo vaak. En op de foto zag ze er gewoon heel aardig uit. Toen, de volgende ochtend, bleek dat mijn les door haar gegeven werd, wat ik helemaal niet had gezien van tevoren. In deze les was mijn ‘eigen les’ dat ik mijn figuur meer mag accepteren. Ik vind mezelf al zo lang ik me kan herinneren te dun, en heb mezelf wijsgemaakt dat dat niet het goede figuur is om te sporten. Deze vrouw had, afgezien van lengte, bijna hetzelfde figuur als ik, en liet zo mooi zien dat dat wél een figuur is om mee te sporten. De derde les die ik deed was de meest interessante denk ik: somatic flow van Lawrence Hay. Op de één of andere manier voelt het bij deze les ook nodig om de docent erbij te noemen. Want hij was een heel interessant type. Niet mijn type, om daar maar mee te beginnen. Maar wel interessant, omdat hij een soort indringende blik had en tegelijkertijd hele directe Amerikaanse humor. Ik deed deze les met Juliana, het meisje met wie ik nu veel optrek, die ik heb ontmoet in het eerste hostel hier in Ubud. Deze les was haar idee geweest, maar eigenlijk hadden we allebei geen idee wat somatic flow inhield. Het bleek niet echt yoga te zijn, maar meer een les waarin je heel bewust leert te zijn van verschillende systemen in je lichaam. Bijvoorbeeld door jezelf te ‘slaan’ op je armen en benen, en overal waar je energie wilt laten stromen. En door bewegingen heel langzaam en met heel veel aandacht te doen. Maar het beste kwam als laatste: toen moesten we een partner kiezen en ging de ene op de grond liggen en de ander erachter zitten. Vervolgens moest degene die achter zat zijn of haar handen boven de sleutelbenen van de ander houden, net zo lang tot hij of zij voelde dat de liggende persoon er klaar voor was om aangeraakt te worden. En dan legde diegene zijn of haar duimen op de sleutelbenen van de ander. Een hele lichte en kleine aanraking, maar voor mij deed het zoveel. Het was een magisch moment, want in de minuten daarvoor voel je al de energie van de ander boven je, en net voordat de duimen je raken ‘weet’ je een soort van dat het gaat gebeuren. Heel gek. En daarna werd het voor mij ook nog emotioneel, waar ik eigenlijk heel blij mee was. Want ik had al een paar dagen het gevoel dat ik even heel hard wilde huilen, maar dat lukte maar niet. En tijdens deze oefening gebeurde het dus eindelijk. Ik voelde een soort liefde dat er voor je gezorgd wordt. Dat je veilig bent. Ook na de les bleef ik nog heel lang dat kalme gevoel houden. De les die ik hieruit heb gehaald, is dat je veilig en geliefd kunt zijn bij andere mensen, ook al lijk je misschien verschillend in eerste instantie. De vierde les die ik deed bij de Yoga Barn, was een reiki meditatie. Ik had al één keer eerder een reiki yogales in Amsterdam gedaan, en daarbij kwam de docent langs om haar handen boven bepaalde plekken op je lichaam te houden om zo energie naar die plek te sturen. Dus ik dacht, dit gaat ook iets met handen en energie worden. Maar het bleek 1,5 uur lang alleen maar mediteren te zijn. Ik was de hele les aan het wachten tot er iets reiki-achtigs zou gaan gebeuren, maar het gebeurde maar niet. Maar desondanks heb ik er wel een prachtige les uit gehaald: de docent was namelijk tijdens de meditatie tegen ons aan het praten, en hij herhaalde heel vaak de woorden ‘with absolute certainty’. Die woorden snapte ik eerst niet, maar het drong uiteindelijk langzaam tot me door. Je mag de dingen die je doet met absolute zekerheid doen, oftewel er zeker van zijn dat dat de juiste keuze voor jou is op dat moment. Er is geen slechte keuze, omdat alle acties op jouw pad horen. Dit waren wel de belangrijkste lessen die ik uit de yogalessen heb gehaald. Nog een afsluitende les was eentje die ik tijdens het schrijven in een cafeetje heb opgedaan. Het begon met een irritatie aan de bediening die die steeds aan het rondkijken was. Een heel logische actie voor bediening, want ze moeten in de gaten houden wat de gasten willen. Maar ik werd er alleen maar geïrriteerd door en wilde absoluut niet dat ze naar mij zouden kijken. Toen vroeg ik me ineens af: waarom ontwijk ik dat contact zo? En het antwoord kwam toen meteen daarna in me op: omdat ik het mezelf niet gun om contact te hebben met anderen als ik niet lekker in mijn vel zit. Dan vind ik dat ik dat eerst moet fixen, en dat ik daarna weer contact met anderen verdien. Want dan verspreid je tenminste goede energie. Maar toen ik dat opschreef, besefte ik ineens dat je altijd contact met anderen verdient. Ook als je in een wat mindere mood bent. Dat dat juist heel gezond is, kwetsbaarheid in relaties. Sinds ik al deze lessen ben gaan inzien, voel ik me echt veel blijer hier in Ubud. Waar ik eerst blokkeerde, is het nu meer gaan stromen. En ik sta open voor alle nieuwe ervaringen, omdat ik weet hoeveel het me kan brengen. Het is geen plek om elke avond uit te gaan en overdag op het strand een boekje te lezen (er is namelijk helaas geen strand), maar voor een innerlijke reis en heel veel mooie, diepgaande ervaringen is Ubud echt de allerbeste plek. Het is weer tijd voor een nieuwe blog, want er is weer van alles gebeurd. Ik ben inmiddels aangekomen in Ubud, mijn tweede bestemming in Bali. Ik zit nu in het hostel deze blog te typen, helemaal blij dat ik een verhaal vol leuke dingen kan typen. Want in eerste instantie had ik dat niet verwacht, toen ik hier net zat.
Allereerst was de taxirit van Canggu naar Ubud al een beetje grimmig, althans zo ervaarde ik het. De taxichauffeur tilde heel beleefd mijn backpack in de auto, maar vanaf dat moment heeft hij eigenlijk anderhalf uur lang niks meer gezegd. Bij sommige taxichauffeurs is dat helemaal prima, en soms heb je zelf ook gewoon geen zin om te praten, maar in deze auto had ik toch een ongemakkelijk gevoel. Ik weet ook niet precies waar het nou door kwam, maar deze man had gewoon een vervelende energie. Hij reedt best agressief, en toen ik in het begin aangaf waar ik heen wilde, mompelde hij alleen maar wat terug. Op een gegeven moment merkte ik ook op dat hij één hele lange pinknagel had. Ik natuurlijk meteen googelen waar dat voor staat, en door de zoekresultaten werd ik ook niet bepaald gerust gesteld. Althans, vooral één resultaat: dat mannen met lange pinknagels pooiers kunnen zijn. Maar vrijwel alle andere websites zeiden dat een lange pinknagel in Azië laat zien dat je veel geld hebt. Anyway, eind goed al goed, want na anderhalf uur kwam ik wel veilig aan bij mijn hostel in Ubud. Het hostel was supermooi, gelegen in een tropisch oerwoud met een soort infinity pool die daarover uitkeek. Mijn kamer was een soort hutje, waarvan er meerdere stonden verspreid over het hele terrein. Lijkt misschien allemaal supermooi, maar de kamer zelf viel toch vies tegen. Het begon al met de stank toen we binnenkwamen, het was een geur die ik niet echt kon thuisbrengen (helaas). En de bedden waren zo gepositioneerd dat je bij het voeteneind moest instappen en dan een soort donker hol in kroop. Ik ben niet zo claustrofobisch aangelegd, maar van dit bed zou ik het bijna worden. De eerste nacht heb ik dus ook niet goed geslapen. Maar aangezien ik toch al vroeg wakker was, besloot ik wel het beste van die dag te maken en meteen een yogalesje te doen om 7:15. Ik had goede verhalen gehoord over de Yoga Barn, blijkbaar de grootste en bekendste yogastudio hier in Ubud. En het was inderdaad heel impressive. Allemaal verschillende ruimtes waar yoga werd gegeven maar ook meditaties, sound healing, reiki en allerlei andere dingen. Ze hadden zelfs een ‘water therapy pool’. Ik had ‘gewoon’ een lesje morning flow yoga gedaan en daarna lekker ontbeten met pancakes in het café dat erbij hoorde. De rest van die dag moest ik werken, en de volgende dag zag er eigenlijk vrijwel hetzelfde uit: yogales en werken. Op prima zou je denken, dat soort dagen had ik ook wel gehad in Canggu. Maar op de één of andere manier voelde ik me hier in Ubud toch anders. Minder blij, luchtig, energiek en avontuurlijk. In plaats daarvan voelde ik een soort zwaarte, donkerte en bijna een soort onveiligheid soms. En ik kon niet echt plaatsen waar dat door kwam. Er is wel iets meer armoede hier dan in Canggu, en je zit natuurlijk niet aan de kust maar in het bos. Na één van mijn yogalessen heb ik ook letterlijk opgeschreven (ik heb hier altijd een notitieboekje mee als ik op pad ga): ik heb het gevoel dat de donkerte van Ubud ook een soort donkerte in mij oproept. Sindsdien heb ik geprobeerd om dat gevoel gewoon met nieuwsgierigheid te onderzoeken en het ook toe te laten. Want in de taxi hier naartoe had ik een podcast geluisterd waardoor ik weer helemaal geïnspireerd was om te vertrouwen op het universum. Dat alles dat op jouw pad komt, zo hoort te zijn. Dat het jou alleen maar de kant van liefde op wijst. Bijvoorbeeld als je geconfronteerd wordt met boosheid, dat er dan toch nog onverwerkte boosheid in jou zit die eruit wil. En als die er dan eenmaal uit is, dat je je weer lichter voelt. Op die manier heb ik dus ook geprobeerd te kijken naar het sombere gevoel dat ik hier in het begin had. En ik ben het echt gaan accepteren, met het idee dat ik hier doorheen moet. De tweede dag in dit hostel ontmoette ik een heel leuk meisje uit Colombia, met wie ik die avond ben gaan eten. En diezelfde avond kwamen we in onze kamer nog een ander leuk meisje uit Nederland tegen, met wie we sindsdien optrekken. Met allebei de meiden heb ik superleuke gesprekken gehad over spiritualiteit, onze levens thuis, en natuurlijk wat we hier allemaal nog zouden willen doen. Vandaag hebben Charlotte (de Nederlandse) en ik ‘s ochtends ontbeten bij een leuk cafeetje en daarna de Campuhan Ridge Walk gedaan, een mooie wandeling over een heuvel langs het tropische oerwoud naar de rijstvelden. En daarna hebben we Ketut’s Bali Cooking Class gedaan, ook heel leuk. En het lekkerste eten gemaakt dat ik in tijden heb gegeten. Ik ben echt blij dat ik die meiden heb ontmoet, want met hen is het hier zoveel gezelliger. Het is gewoon fijn om dingen te kunnen delen. Dingen die je meemaakt, maar ook gedachten die je hebt. Juliana (de Colombiaanse) en ik bleken bijvoorbeeld precies dezelfde frustraties te hebben over deze hostelkamer, en waarschijnlijk gaan we morgen verhuizen naar een guest house. Dat kost bijna hetzelfde per nacht, maar dan voor een privékamer met 2 persoons bed, gratis ontbijt en dichter bij het centrum. En Charlotte en ik bleken allebei hetzelfde gevoel te hebben gehad in begin hier in Ubud, wat donkerder en zwaarder. Bij dat soort dingen is het gewoon heel fijn om te horen dat iemand anders dat ook zo ervaart en dat je niet de enige bent. Verder heb ik met beiden echt de mooiste gesprekken gehad over spiritualiteit, persoonlijkheid, de natuur, noem maar op. Gesprekken die uren duurden tot het ineens laat in de avond was. En we hebben gelachen over van alles, van het bizarre verkeer in Bali tot onze overenthousiaste kookworkshop leraar. Een interessante plek is dit dus, Ubud. Nog steeds voelt het niet zo licht en luchtig als Canggu, maar juist die diepgang hier is ook interessant. Ubud zit vol met yoga, meditatie en allerlei vormen van healing. Als je je daar eenmaal voor openstelt, en mensen ontmoet die dat ook leuk vinden, dan gaat er ineens een wereld voor je open. Morgen gaan we bijvoorbeeld naar een healing meditatie waar iemand live gitaar bij gaat spelen. In de volgende blog gaan jullie daar vast meer over lezen. Tot dan! Na een verdrietige blog komt natuurlijk weer een blije blog! Here we are. Ik heb in de afgelopen dagen weer van alles meegemaakt wat helemaal blogwaardig is.
Om te beginnen was ik, zoals ik in mijn vorige blog al had genoemd, dinsdagavond naar het ‘family dinner’ geweest in het hostel. Dit was een avond gratis Indonesisch eten. Het eten was lekker en het was vooral heel gezellig. Ik kende gelukkig al een aantal mensen, maar heb ook weer veel nieuwe mensen ontmoet. De volgende dag ging ik werken in een coworking space: Tropical Nomad. Het leek me wel goed om tijdens werk eens onder like minded people te zijn en wat meer in een werksfeer te zitten dan in een cafeetje. Het was een prachtige coworking space, maar ik moet zeggen dat ik me niet zo goed kon focussen. Juist doordat iedereen zo stil en serieus bezig was, werd ik een beetje onrustig. Alsof elke beweging die ik maakte en elk kuchje al teveel was. Voor lunch ben ik bij een cafeetje verderop gaan zitten en heb ik heb ik even mijn boek erbij gepakt (De kracht van Keuze van Kelly Weekers, aanrader!). Daarna ben ik weer verder gaan werken in Tropical Nomad, maar dan op een andere plek: een saai bureau tegen een saaie muur aan. Maar dit werkte supergoed voor mijn focus! Typisch. Ik heb toen wat freelance werk gedaan en was helemaal geïnspireerd om een eigen onderzoekje op te zetten. Iets dat ik in mijn werk normaal gesproken niet zo makkelijk doe, maar wat ik mezelf steeds meer aan het aanleren ben. Meer proactief werken en minder reactief. Die avond heb ik Pad Thai gegeten (mijn nieuwe favoriet hier uit de lokale keuken) en even met mama gebeld in het hostel. Daarna was het tijd voor beerpong, waar ik weer wat nieuwe mensen ontmoet heb. Toen zij uit gingen, besloot ik lekker mijn bedje in te duiken. Daar, in de kamer, was het echter niet zo vredig als dat ik dacht. Want er was een meisje dat al een paar dagen lang aan het hoesten was, heel hard en heel veel. Ik was echt geneigd om er iets over te zeggen, maar besloot toch maar te accepteren dat je nu eenmaal met andere mensen te maken hebt in een hostel. Maar ‘s ochtends gebeurde er dus iets erg grappigs: ik hoorde één van mijn kamergenootjes rondvragen bij iedereen wie het hoestende meisje was. Toen ze haar gevonden had, gaf ze haar pillen tegen het hoesten die ze had gekocht bij een apotheek. Ik dacht, wat een goeie actie. In plaats van zeuren over de overlast, wat de meeste mensen ongetwijfeld hadden willen doen, kwam deze meid gewoon met een oplossing. Helaas bleek het hoestende meisje al een tijdje aan de antibiotica te zitten, dus ook wel zielig. Maar toch ook een beetje asociaal om 7 andere mensen ‘s nachts wakker te houden. Donderdag heb ik in een andere coworking space gewerkt: Dojo. Ook een hele mooie plek, iets meer office vibes dan in Tropical Nomad. Toen het steeds drukker werd en iedereen dichter op elkaar zat, raakte ik weer een beetje uit mijn focus en kreeg ik weer behoefte aan wat meer ruimte. Uiteindelijk heb ik de rest van de middag in het buitengedeelte gewerkt, wat wel goed beviel. Ook deze dag moest er natuurlijk geluncht worden, en dat heb ik gedaan bij Café Vida. Dit is echt een aanrader. Ze hebben een prachtige binnentuin, maar helaas ging het regenen en moest ik binnen gaan zitten. De kaart is echt impressive, vooral alle verschillende immune boosting shots waren bewonderenswaardig (het gembershotje van de Appie is hier niks bij). Het idee van dit café is dat alles biologisch en goed voor het milieu is. Ik heb even opgezocht hoe ze dat precies doen, en dat is als volgt: allereerst is al het eten biologisch, dat wil zeggen zonder chemische bestrijdingsmiddelen of kunstmest geproduceerd. Verder worden er voor takeaway recyclebare verpakkingen gebruikt in plaats van plastic. En het groene afval wordt teruggegeven aan de lokale boeren waar ze hun groente en fruit vandaan halen, die dit weer als compost gebruiken. Ik was helemaal onder de indruk. Die avond, na werk, ben ik uit eten geweest met een groepje mensen uit het hostel die ik kende van de family dinner en beerpong. Daarna hebben we een soort bar crawl gedaan, die voor mij bestond uit twee bars. De eerste was Finn’s beach club: de grootste beach club van de wereld. Echt een prachtige plek, waar ik zeker nog een keer terug wil komen om ook gebruik te maken van het zwembad. Hier hebben we lekker genoten van het happy hour: twee cocktails voor de prijs van 1. De tweede bar was een soort Sports café (voor de Amsterdammers onder ons), maar dit was zeker niet mijn favoriet. Niet zo gezellig, en ik was eigenlijk ook gewoon moe. De mensen met wie ik was, hadden zin om het op een zuipen te zetten maar ik was eigenlijk wel klaar voor die avond. Vrijdagochtend begon ik lekker met yoga op het dakterras en heb ik daarna gewerkt in Milu by Nook, mijn favoriete café tot nu toe. ‘s Middags heb ik (voor het eerst) mijn nagels laten doen, en dit was een heel leuke experience. Ik had dit adresje gevonden via via, het was een meisje dat net sinds Corona haar eigen salon had geopend in een klein houten hutje boven haar eigen huis. We hadden een gesprek over Europa, en ik vroeg of ze daar wel eens geweest had. Toen moest ze lachen en zei ze ‘only in the fake one’. Daarmee bedoelde ze Turkije, waarvan blijkbaar de helft in Europa ligt en de helft in Azië (wist ik niet). Hier gaan blijkbaar veel mensen uit Azië heen om Europa te ervaren, omdat alles wat Westelijker ligt gewoon te duur is om heen te gaan. Dan zijn we nu aangekomen bij het hoogtepunt van deze week: zaterdag! Deze dag (gisteren) was bizar. Ik had afgesproken met Sadie, een Engels meisje uit het hostel dat ik kende van de bar crawl op donderdag, om een tripje te maken naar wat watervallen. We besloten een scooter te huren en eerst naar de verste waterval te rijden omdat die het mooiste scheen te zijn. We hadden eigenlijk geen verwachtingen van de weg ernaartoe, maar het was in elk geval alles behalve saai. Het was in totaal 2,5 uur rijden. Na ongeveer twee uur kwamen we in de bergen terecht, en op een gegeven moment leidde Google Maps ons een weggetje steil omhoog in. Hier waren we eerst voorbij gereden omdat we dachten: hier moeten we vast niet in. Vanaf toen werd het wel spannend: haarspeldbochten en wegen langs dalen die wel heel steil en ver naar beneden gingen. Uiteindelijk kwamen we aan bij een punt waar er een local guide met ons meeging naar de waterval. Het eerste stuk ging per scooter naar beneden. Althans, Sadie op de scooter en ik achterop de motor bij Komang, onze guide. Toen ik achterop zat, vertelde hij ineens dat het niet echt de bedoeling was om door de bergen te rijden met een scooter. Dit omdat de remmen heet kunnen worden als je teveel remt in de bochten en afdalingen, en het dan niet meer doen. Ik luisterde en dacht alleen maar: het is maar goed dat Sadie dit niet hoort. En tegelijkertijd: ik moet dit zo snel mogelijk aan Sadie vertellen. Uiteindelijk kwamen we aan bij een prachtig uitzichtpunt over de rijstvelden en de noordkust van Bali. Vanaf daar moesten we nog een half uur naar beneden klimmen door het bos naar de watervallen. De eerste waterval, de Sekumpul waterval, was nog mooier dan we ons hadden kunnen voorstellen, zo groot en zoveel groen eromheen. We hebben er ook een duik in het water genomen, wat een spectaculaire ervaring was. Nadat we een paar verse passievruchten hadden gegeten die Komang voor ons had gekocht, vertrokken we naar een tweede waterval die op vijf minuten loopafstand hiervandaan zat. Deze Fiji waterval was misschien nog wel mooier: het waren drie grote watervallen naast elkaar. De tour hebben we afgesloten met een verse kokosnoot op het uitzichtpunt over de rijstvelden. Daarna zijn we op terugreis gegaan, en we kwamen in het donker weer aan in Canggu. Moe, hongerig, maar wel heel voldaan. Vandaag was daarom een lekker rustdagje. Lekker ontbeten en geluncht bij Neighborhood, een tip van Sadie. Hier hebben we gisteravond ook gegeten. Verder heb ik vandaag natuurlijk deze blog getypt, en ik heb een massage geboekt voor vanmiddag. Goed voor de spierpijn van de intensieve dag gisteren. Het was weer een lange blog, maar hopelijk genieten jullie ervan. Tot snel! Hier is dan de tweede blog vanuit Bali. Ik zou graag een blije blog schrijven over wat ik nu weer allemaal heb meegemaakt, maar in plaats daarvan wordt het een iets minder gezellige blog. Ik dacht eerst, vervelende dingen zijn niet voor in zo’n reisblog. Maar ik ga dit ook gewoon opschrijven. Want ook al lijkt het allemaal zo leuk, dat is het gewoon niet altijd.
Ik heb momenten dat ik me sterk voel, dat ik geniet van wat er hier om me heen is en dat ik sociaal ben met andere mensen. Ook met mensen die ik nog niet ken. Dan stel ik me open voor alles dat op mijn pad komt en maak ik ook hele leuke dingen mee. Maar er zijn ook momenten dat ik ‘s ochtends naar het ontbijt in het hostel wil en me aankleed, even in de spiegel kijk en vervolgens onzeker word. Dan denk ik vervolgens: Dees, stel je niet aan, ga gewoon ontbijten. De mensen die mij goed kennen, weten wel dat ik een zwak punt heb en dat is mijn uiterlijk. Daar kan ik gewoon onnodig onzeker over zijn af en toe. Ik heb dan allerlei oordelen over mezelf waardoor ik niet meer toekom aan wat ik eigenlijk wilde doen. Ik heb dus gemerkt dat dit ‘kwaaltje’ ongeveer twee weken voor mijn vertrek naar Bali best wel vaak omhoog kwam. Ik heb er toen met een aantal mensen over gepraat, en die zeiden heel terecht: ja maar dat is ook normaal, dat oude onzekerheden weer omhoog kunnen komen als je op het punt staat iets heel spannends te doen (in je eentje op reis en voor het eerst freelancen). Ik was blij met die reactie, want dat voelde als een soort verlichting: het is normaal. In de laatste week voor mijn vertrek trok die onzekerheid weer weg, ik denk omdat ik toen alles voor mijn reis goed geregeld had en meer een gevoel van controle had. Nu, bijna een week op Bali, merk ik dat het vervelende gevoel weer steeds vaker opkomt. Ik heb hier natuurlijk enorm veel vrijheid: ik kan doen wat ik wil, wanneer ik wil. Ik kan dingen alleen doen maar ook ervoor kiezen om vrienden te maken in het hostel of waar dan ook. Ik hier in een bikini over straat lopen want de meeste mensen hebben hier toch niet meer kleren aan. Allemaal vrijheden die denk ik gewoon best wel overwelmend hebben gewerkt. Daarnaast is dit eiland een totaal nieuwe omgeving voor me: het landschap is nieuw, het klimaat, de mensen, de cultuur. Ik wil mijn beste leven leiden, maar soms ben ik gewoon overprikkeld en dan wordt die onzekerheid getriggerd. Het vervelende is dat ik mezelf dan ook nog eens daarom ga veroordelen: ik vind het niet kunnen dat ik onzeker ben. Eigenlijk een soort dubbele afwijzing dus. En dan kom ik op het punt dat ik maar gewoon in mijn kamer blijf in plaats van ga ontbijten met de andere hostelgangers. Dat is niet hoe ik wil dat het gaat, maar het gebeurt wel. En dus wil ik dat ook even opgeschreven hebben. Dat geeft een compleet beeld van hoe het hier op Bali gaat, niet alleen ups maar ook downs. Het fijne is wel dat ik er vertrouwen in heb dat deze dalen ergens goed voor zijn. Sinds ik me heb verdiept in persoonlijke ontwikkeling en spiritualiteit, weet ik gewoon dat iedereen een bepaald pad heeft te bewandelen in zijn of haar leven. Mensen krijgen te maken met pijn, ze leren daarmee te dealen en gelukkig te zijn, en vervolgens kunnen zij andere mensen misschien weer helpen bij diezelfde pijn. Het feit dat ik nu op Bali dingen moet doorstaan, voelt alleen maar als een grote les en daar stel ik me voor open. Vandaag ben ik in de momenten van onzekerheid toch naar buiten gegaan om te wandelen, ergens te zitten om te ontbijten en een boekje te lezen. Op mijn terugweg ben ik zelfs nog langs wat kraampjes gegaan en heb ik met de verkoopsters een praatje gemaakt. En ook nu zit ik weer in een restaurantje te lunchen en deze blog te typen. Vanavond is er gratis dinner in het hostel, dus daar wil ik ook voor gaan. Uiteindelijk moet je toch de keuze maken hoe je je leven wilt leiden, dus dat probeer ik telkens weer te doen. Daar is hij dan, de eerste blog vanuit Bali. Ik moet zeggen dat ik er even in moest komen, het schrijven. Elke keer als ik een blog wilde gaan schrijven, kwam er wat weerstand. De ene keer zat ik in het hostel, en toen kwamen er ineens gezellige mensen om me heen zitten met wie ik liever wilde praten. Een andere keer zat ik op het strand maar wilde ik toch liever relaxed een boekje lezen. Dus toen besloot ik: ik moet het gewoon laten komen wanneer het komt. En nu zit ik lekker anoniem in een pizzatentje met m’n laptop, waar ik niet gezellig hoef te doen of sociaal hoef te zijn. Fris gedouched en met een goeie portie energie om wat dingen op te schrijven. Want ik heb al flink wat dingen meegemaakt die leuk zijn om te delen. Denk ik. Laat het me vooral weten of jullie het leuk vinden, bijvoorbeeld in een reactie hieronder.
Ik ben dus nu al 4 hele dagen op Bali in het kustplaatsje Canggu. Het is vandaag zondag, en donderdag kwam ik aan. De vliegreis verliep eigenlijk wel soepel, afgezien van een paar dingetjes. Laten we beginnen op Schiphol, waar het eerste euvel al voorviel. Ik wilde mijn bagage inchecken, toen bleek dat dat helemaal niet kon omdat ik een enkel ticket had geboekt, geen terugvlucht. Verbaasd vroeg ik waarom dat een regel is, en ondanks het antwoord was ik het er ook niet mee eens. Maar goed, niks in te brengen tegen het personeel van Schiphol. Dus ik kocht ter plekke een ticket naar Singapore op 13 december. Tijd om de goedkoopste datum uit te kiezen was er niet, want de incheckbalie voor de bagage zou over 20 minuten sluiten. Toen ik, na een natuurlijk altijd beetje emotioneel afscheid eenmaal door alle controles op Schiphol heen was, ging alles weer prima. Totdat het tweede euvel voorviel, dat was in het laatste uur van mijn vlucht van Amsterdam naar Singapore. Het begon met een beetje buikpijn na het niet zo lekkere vliegtuigvoedsel, en die veranderde in misselijkheid. Ik probeerde het te negeren maar op een gegeven moment ontkwam ik er gewoon niet meer aan. Toen besloot ik: ja het is ongemakkelijk om over te geven in een vol vliegtuig, maar het is toch echt beter als het eruit is. Mijn buurvrouw had volgens mij al in de gaten wat er aan de hand was, maar toen ik het papieren zakje pakte zei ik voor de zekerheid toch maar even erbij ‘ik voel me niet zo lekker’. Toen het erop zat, voelde ik me wel meteen weer goed dus dat was fijn. De overstap naar Bali ging ook prima, en eenmaal op het vliegveld aangekomen volgde daar eigenlijk het eerste hoogtepuntje. Ik gunde mezelf wel een momentje rust en een lekkerder ontbijt dan het vliegtuigvoedsel, dus ging ik even zitten bij de Starbucks. Ik zat daar net een paar minuten, toen er een superknappe gast tevoorschijn kwam. Als in, die kwam met zijn koffers ook zijn momentje rust pakken bij de Starbucks. En hij leek iets aan het zoeken te zijn, dus ik vroeg ‘zoek je iets?’ Hij zocht een stopcontact, en die vond hij op de plek naast mij. Helemaal niet verkeerd! We hadden een leuk gesprek en ik had een goed uitzicht met blauwe ogen. Helaas begon hij wel na een paar minuten over zijn vriendin, dus toen verdween een klein beetje van de lol. Maar ondanks de vriendin vroeg hij wel mijn nummer om me te kunnen uitnodigen voor de evenementen die hij met zijn bedrijf organiseerde in Canggu. Ik noem een voorbeeld: een feest op een yacht. Ik was natuurlijk helemaal fan van deze gast, en vond het een leuke start van mijn avontuur. De aankomst bij het hostel verliep ook goed, en ook daar liep ik meteen een aardige gast tegen het lijf. Ik moest borg betalen voor een handdoek en slotje etcetera, maar had nog geen cash gepind. Deze redder in nood kwam dat meteen oplossen en schoot het wel even voor. Het was een Nederlandse surfdude die al jaren in Byron Bay, Australië woonde. Later in het hostel heb ik ook zijn surfervriend ontmoet, die uit Moskou komt. Als ik ze nu tegenkom in het hostel is het altijd gezellig. Verder raakte ik in mijn kamer aan de praat met twee Frans meisjes. Zij zouden die avond uit eten gaan met een groepje Franse mensen, en ik was uitgenodigd. Zo heb ik die middag lekker gechilled op het strand, en ben ik die avond op pad gegaan met de Fransen. Toen heb ik ook meteen mijn eerste scooter ervaring hier op Bali meegemaakt: achterop een Gojek. Een Gojek is een scooter die je met een app kunt bestellen, en dan daar achterop gaat naar je bestemming toe. Het kost ongeveer €0,80 per ritje van 10-15 minuten. Geen geld dus! De volgende dag was het vrijdag, en dus mijn eerste werkdag hier op Bali. In het hostel had ik al wat tips gekregen van een ander Nederlands meisje dat hier ook remote werkte, voor plekken waar je goed kon werken. Één daarvan was Milu by Nook, daar was ik heengegaan. Heerlijke plek aan een rijstveld, met een overdekt terras waar ik naast een stopcontact kon zitten. Het eerste uurtje zat er nog niemand, maar rond 10 uur begon het wel steeds drukker te worden. Als lunch heb ik daar nog een heerlijke smoothiebowl gegeten en daarna ben ik toch naar een andere plek verhuisd. Nog wel een leuke ervaring bij Milu by Nook, was dat ik daar blijkbaar de hele ochtend naast Dennis Storm en zijn kids zat. Dat zag ik pas bij het betalen. Helaas niet de moed gevonden om hoi te zeggen, maar we hebben elkaar wel een glimlach geschonken. Die avond was het tijd voor een feestje, want de Fransen zouden naar Vault gaan, een technoclub. Ik mocht weer mee, dus was helemaal blij want techno is natuurlijk mijn ding. Eerst dronken we wat biertjes in de villa van de Franse jongens, en toen ging de party verder in Vault. Het was geweldig, op één aspect na: de muziek in Balinese clubs heeft blijkbaar geen geluidslimiet. Dus ik was echt bijna verbaasd dat ik geen tinnitus heb overgehouden aan deze avond. Zaterdag was een brakke dag dus daar zal ik niet teveel woorden aan wijden. Behalve één ding wat wel leuk was: na het eten ging ik nog een avondwandeling maken over het strand, wat een heel goed idee bleek te zijn want de zonsondergang was echt prachtig. Ik stuitte toen ook op een soort toneelstuk met allemaal Balinezen in witte verkleedkleren en met maskers. Daarna wandelde ik weer terug en ging ik nog ergens zitten om nog even muziek te luisteren, maar toen kwam er een Indonesisch mannetje naast me knielen. Ik had echt geen zin in mensen, dus reageerde een beetje kortaf op zijn vragen. Maar ondanks mijn korte antwoorden bleef hij zitten, en toen dacht ik: weet je wat, ik stel me gewoon even open voor nieuwe contacten en de lokale cultuur. En eigenlijk hadden we toen best een inspirerend gesprek. Ik heb geleerd dat de bakjes met bloemen en wierook overal op straat offers zijn aan God en aan de natuur. En dat de Balinezen zo vriendelijk tegen iedereen zijn omdat ze geloven dat alle mensen met elkaar verbonden zijn. Ik quote deze man: ‘if you’re sad, I’m sad. If you’re happy, I’m happy’. En ook de verbinding tussen mens en natuur vinden ze hier heilig, waardoor er niet zoveel troep op straat wordt gegooid. Ik vind het echt een mooie leefstijl die de mensen hier hebben. Terwijl ik dit typ, zie ik trouwens één van de serveersters naar buiten lopen om een nieuw offer buiten te zetten. Hoe toegewijd ze daarbij staat en een gebedje opzegt, vind ik gewoon ontroerend om te zien. Anyway, de brakke en ietwat chagrijnige zaterdag was dus toch nog leuk geëindigd. Vandaag, zondag, was ook geslaagd. Vanmorgen om 8 uur heb ik mijn eerste yogales hier gedaan. Die was zwaar en bezweet, maar heel fijn. Daarna heb ik ontbeten met weer een fantastische smoothiebowl, en vervolgens het zweet van me afgespoeld met een duik in de zee. Daarna weer wat gewandeld over het strand, een kokosnoot met een rietje genuttigd en mijn boek uitgelezen. Helaas verbrand maar wel voldaan kwam ik vanmiddag thuis in het hostel. Daar nog even bij het zwembad gekletst met de surfervriend, toen gedouched en nu zit ik hier in het Italiaanse restaurant. Het was een lange blog maar ik hoop dat jullie ervan genoten hebben. Ik ga nog even op zoek naar een dessert. Tot snel! |
Over mijIk ben Desiree, 26 jaar en woon in Amsterdam. De blogs die ik schrijf tijdens reizen, zijn vooral verhalen over wat ik mee maak. Maar ook, en juist, wanneer ik niet zoveel mee maak, komen soms de meest interessante dingen omhoog waar ik over wil schrijven. Dat doe ik in blogs waarmee ik je hopelijk kan inspireren en een nieuw perspectief op sommige dingen kan geven. Want ik geloof erin dat we niet teveel positiviteit en bewustzijn in deze wereld kunnen brengen. Archieven |